Toen we terug waren uit Bologna had ik zin om de lekkere bolognese saus te gaan maken. Met tagliatelle natuurlijk, want zo wordt het traditioneel in Bologna gegeten. Mocht je in Bologna zijn en een spaghetti bolognese bestellen dan zal je raar worden aangekeken. Na een kleine zoektocht vond ik een recept van het leuke authentieke restaurantje Trattoria Serghei waar we hebben gegeten toen we in Bologna waren. Meer daarover kun je HIER lezen.

Het recept (voor 4 personen)

Ingrediënten:

400 g tagliatelle

300 g rundergehakt
50 g gerookte spekblokjes of plakjes
50 g roomboter
2 grote wortels
2 stengels bleekselderij
1 ui
2 kleine blikjes tomatenpuree
1 glas rode wijn
Ongeveer 250 ml runderbouillon
60 g Parmezaanse kaas (blokje is het lekkerst)

Als eerste gaan we de groenten schoonmaken en snijden. Schil de wortels met een dunschiller en rasp deze met een rasp waarmee je normaalgesproken bijvoorbeeld boerenkaas zou raspen. De bleekselderij goed wassen en daarna in zo klein mogelijke *brunoise snijden. Ook de ui snijd je na het pellen in zo’n klein mogelijke brunoise.

* Brunoise is de vakterm voor hele kleine blokjes. Je snijdt het product daarbij eerst in zogenaamde Julienne, dat zijn reepjes, waarna je ze fijn snijdt tot blokjes.

In een pan doe je de roomboter samen met de gerookte spekblokjes of plakjes. Als het spek helemaal is uitgebakken haal je deze uit de boter met bijvoorbeeld een schuimspaan. Het spek heeft dan de lekkere hartige rooksmaak achtergelaten in de boter. Het spek zelf heb je niet meer nodig dus kun je vast lekker opsnoepen als het is afgekoeld. In de warme boter bak je vervolgens zachtjes je groenten, ongeveer 10 minuten, totdat deze lekker zacht beginnen te worden (zie foto 1). Vervolgens mag het gehakt erbij dat je vervolgens gaat rullen. Dat wil zeggen dat je er met een spatel voor zorgt dat het losse stukjes worden in plaats van een stuk dat aan elkaar blijft zitten (zie foto 2).

 

Na nog ongeveer 10 minuten bakken, als alles mooi gaar is geworden en warm, doe je er de tomatenpuree bij. Deze bak je nog even een minuutje of 2 mee zodat de ergste zure smaak er vanaf gaat. Vervolgens blus je het geheel af met het glas rode wijn en zet je het vuur lager (zie foto 3). Het geheel wordt het lekkerst als je het nu nog een uur of anderhalf uur laat pruttelen. Doordat het vocht verdampt is het wel noodzakelijk om af en toe wat vocht toe te voegen, daarvoor is de runderbouillon. Als je ziet dat het te droog wordt in de pan, en de saus begint aan te koeken of te karamelliseren, dan voeg je steeds een beetje bouillon toe totdat deze weer is ingekookt.

 

 

Ondertussen, als het tegen het eind van de “prutteltijd” loopt, kook je alvast de tagliatelle. De kooktijd is afhankelijk van welke tagliatelle je gebruikt. Als je verse pasta hebt is de kooktijd slecht 3 tot 5 minuten maar als je gedroogde hebt kan het wel 10 minuten zijn. Dit staat op de verpakking vermeld.

Zoals het in op zijn Italiaans hoort, gaat de gekookte pasta bij de saus en niet andersom! Vervolgens boven je bord wat Parmezaanse kaas er overheen raspen met een fijne rasp en je het een heerlijke maaltijd! (zie foto 4).

Buon appetito!